Vind je ware natuur!

Hoe maak je een oliemaceraat

Een maceraat kun je op verschillende manieren maken, mijn voorkeur gaat uit om hem met de slowcooker te maken. Waarom? Het is een snelle manier, en je kunt gemakkelijker de temperatuur stabiel houden.

Voor macereren ligt de ideale temperatuur tussen de 40 en 50°C. Warmte is een essentieel element voor het maken van een oliemaceraat.

Zonnemethode

Dit is de traditionele methode om oliemaceraten te maken. Hiertoe worden plantendelen in olie in potten in de zon gezet, dit kan buiten of in de vensterbank, gedurende een periode van 6 weken.

Daarnaast zijn er nog andere manieren, je kunt je pot met olie en plantendelen bij de verwarming of kachel plaatsen of op een rechaud met waxinelichtjes.

Nadelen van deze methode

– Door de olie aan direct zonlicht bloot te stellen, trigger je fotosensibele oxidatie, de vorm van oxidatie die geïnduceerd wordt door licht, dit bevorderd het ranzig worden van je oliemaceraat.

 – De warmteaanvoer is niet constant, zeker niet met het Nederlandse weer, wat de kans op bederf of een mindere kwaliteit oliemaceraat waarschijnlijker maakt. Ook heb je in de herfst/winter/lente veel minder zonuren waardoor het nog lastiger wordt.

– De lange macereertijd van 6 weken gaat af van de houdbaarheid van je basisolie.

– door het lange macereerproces verhoog je de kans op besmettingen waardoor je olie rans kan worden.

– Als je snel een oliemaceraat nodig hebt, is deze methode te langzaam.

Voordelen van deze methode

– Het is goedkoop, je gebruikt enkel de energie van de zon, daarmee is deze methode klimaatneutraal.

Au-bain-Marie (Double boiler) Bij deze methode wordt de pot met olie en plantendelen in een pan met water geplaatst en deze pan wordt op een laag vuur verwarmd, dit kan op het fornuis, maar er zijn tal van variaties op dit thema:

– In de oven > dit kan in gasovens en in elektrische ovens die niet automatisch uitgaan als de ovendeur geopend blijft. Een ovenschaal met water wordt in de oven geplaatst met daarin de potten met olie en plantendelen. De temperatuur in de oven moet rond de 50°C zijn en de ovendeur moet bij verse plantendelen iets open, zodat de waterdamp kan ontsnappen. Hou goed in de gaten dat het water in de ovenschaal niet verdampt, je moet dit regelmatig bijvullen.

– Slow cooker > het beste gaat dit in slow cookers met een thermostaat, zodat je de temperatuur exact kunt afstellen. Vul de binnenpan van de slow cooker met water, als je een slow cooker met thermostaat hebt, zet deze op 90°C, dan wordt het in de pot met olie en plantendelen tussen de 40°C en 50°C. Heb je een slow cooker met drie standen, dan zul je zelf moeten bepalen wanneer je een juiste temperatuur hebt, dat kan per slowcooker verschillen. Voordeel van deze methode is dat de temperatuur stabiel blijft, wel zul je in de gaten moeten houden dat het water in de binnenpan niet verdampt, maar dit gaat wel veel minder snel dan in een oven of au-bain-Marie op het fornuis.

– Elektrische inmaakketel/Weckketel > deze zijn bedoeld om potten met voedsel te conserveren, maar ze zijn ook geschikt om oliemaceraten in te maken. Gebruik dan wel een elektrische inmaakketel/Weckketel, deze kun je instellen op temperatuur en tijd. Voor deze methode moet je strak gesloten potten met olie en plantendelen in het water in de ketel plaatsen. Deze methode is alleen geschikt voor gedroogde kruiden, omdat daar geen water aan hoeft te ontsnappen.

Nadelen van deze methode

– Het kost energie.

Voordelen van deze methode

– Snel klaar (ongeveer 48 uur)

– Geen kans op fotosensibele oxidatie, omdat de oliemaceraten tijdens de bereiding maar kort aan licht worden blootgesteld.

– Je oliemaceraat is langer houdbaar, omdat je niet te maken hebt met een maakperiode van 6 weken.

– Het aantal besmettingskansen wordt door het snelle proces verlaagd.

– Aanzienlijk minder kans op bederf, want hygiënischer en minder temperatuurschommelingen – Geschikter voor kostbaarder basisolien, met een kortere houdbaarheid.

Bij het bereiden van een aantal oliemaceraten kun je zien wanneer het extract ‘klaar’ is. Bij Goudsbloem-oliemaceraat moet de kleur dieporanje zijn, bij Sint Jansolie donkerrood, oliemaceraten van groene plantendelen hebben schakeringen van groen.

Afzeven van oliemaceraten

Een oliemaceraat moet zorgvuldig afgezeefd worden, dit voorkomt bederf. Je kunt het beste eerst afzeven met een gesteriliseerde grovere zeef en dan nog een keer door een gesteriliseerde fijnere zeef en als laatste door een schone netel –of kaasdoek of een ongebleekte koffiefilter.